maandag 4 oktober 2010

Dit is geen dagboek

Kennen jullie haar nog? Erna Sassen?Enigszins argwanend las ik een boek dat ze schreef. Het onverwachte gebeurde, ik werd gegrepen door het verhaal. Het boek gaat over een jongen die een paar jaar na het overlijden van zijn depressieve moeder zelf 'ziek' wordt. Hij komt zijn bed niet meer uit. Zijn vader stelt hem voor de keus: of opname of elke dag een stukje schrijven en verplicht muziek luisteren. Zoals de titel toch wel verraad, kiest hij voor het laatste.Er staan bijzonder mooie stukken in.

Zo schrijft hij op 10 februari:



Oké, ik heb er de hele nacht over na kunnen denken:

ik voel me een slak.

Zo'n naaktslak. die heel traag is en continu het gevaar loopt dat er iemand boven op hem gaat staan.

Een naaktslak zonder huid, met zijn zenuwstelsel aan de buitenkant. En al zijn gedachten op zijn voorhoofd geprojecteerd.

Eén grote lichtkrant met gedachten voor iedereen leesbaar, luid en duidelijk.

Zodat iedereen kan zien wat een loser ik ben, waar ik me druk over maak en DAT IK NERGENS TEGEN KAN.

De wereld gaat ten onder aan zinloos lawaai. Dat soort dingen staan op mijn lichtkrant.

En Opzouten of Do Not Disturb.

Waarom vreet iedereen zoveel? Dat is ook een van mijn favorieten. Ik haat het om op straat al die zelfingenomen types tegen te komen, die in het openbaar hun bestaan lopen vieren met croissants en donuts, of soms zelfs met hele pizza's tegelijk.

Als je jezelf zo belangrijk vindt, dat je dat lichaam, dat lelijke omhulsel, steeds maar wil voeden om het nog groter en dikker aanweziger te maken, DOE HET DAN STIEKEM! Thuis op de wc ofzo. MAAR VAL MIJ ER NIET MEE LASTIG. Met die malende kaken en die kapsoneskoppen.

Because I'm worth it. Dat staat op hun lichtkrant.


Op 19 februari schreef hij over de begrafenis. Hij wilde er niet naar toe, maar moest. Zijn vader haalde hem op bij het kamp voor brugpiepers. Hij schreef een toespraak:


Mam,

Goed dat je dood bent.

Ik heb er eerlijk gezegd vaak op gehoopt, maar nu het zo ver is, valt het allemaal een beetje tegen.

De grote vraag die mij bezighoudt, is: Waarom NU?

Waarom niet een paar jaar geleden, toen Pluis een baby was van twee maanden oud, en jij van de ene op de andere dag verdween.

Weet je nog? Je had geen briefje achtergelaten, niks. Alleen Pluis, in haar bedje, schreeuwend van de honger.

Papa, oma, tante Marjan en de politie hebben wekenlang naar je gezocht. Iedereen was radeloos.

En toen je eindelijk opdook, (echt mam, je zag eruit als een halfdood schaap en je rook precies zo), dachten we allemaal:

Daar gaan we weer.

Hadden we je toen maar een spuitje gegeven.Dan zat ik nu vrolijk bij mijn nieuwe klasgenoten feest te vieren in Den Bosch.

Tabé mam,

Ik hoop dat dit de laatste keer was, dat je ons hebt lastiggevallen.


Het verhaal pakte me en maakte me nieuwsgierig naar de afloop. Ze heeft me verbaasd, Erna Sassen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten